Interview en verslag: Janneke Smitskamp
Gepubliceerd op Geheugen van Zeist juni 2014
Naam: Annie Triezenberg-Mulder
Leeftijd (in 2014): 88 jaar
Geboren in Stadskanaal
Voor haar huwelijk verpleegster
Getrouwd geweest met Frans Triezenberg, die in 2002 op 79-jarige leeftijd overleed
Er zijn 5 dochters, 1 zoon en 13 kleinkinderen
Vanaf 1954 tot 1968 hadden zij een winkel op de hoek van de Emmastraat en het Marktplein ‘Radio Triezenberg Electra’
Tja, dat is een heel verhaal dat Annie ons graag wil vertellen…
Frans kwam uit een boerenfamilie. Zijn vader, die zelf vlashandelaar was, ‘commissionair‘, zegt Annie, wilde graag dat Frans in de landbouw ging. Daarom ging hij naar de lagere landbouwschool en zou daarna naar de hogere landbouwschool gaan. Maar hij had eigenlijk meer belangstelling voor de techniek en in het bijzonder radiotechniek. Omdat daar toen nog geen aparte opleiding voor was leerde hij het vak bij een klein bedrijf in de stad Groningen. Na het behalen van zijn middenstandsdiploma ging Frans solliciteren. Annie: ‘We hadden geen zin om in Groningen te blijven. Frans zijn vader was een veel te bekend figuur. Hij ging vaak met Colijn op stap al die toespraken hield. Iedereen kende Triezenberg van de politiek. Bovendien hadden we veel familie daar en we hadden geen zin in al die verplichtingen als verjaardagen en zo’.
Het is 1949. Frans reageert op 2 advertenties: één bij Schiphol en één als radiomonteur bij een klein particulier bedrijf in Amersterdam-noord (Nieuwendam), waar hij aangenomen wordt. Woonruimte bleek moeilijk te vinden. In die jaren na de oorlog waren er nog niet zoveel huizen beschikbaar. Dus, dachten Frans en Annie, dan nemen we zelf ons eigen huis mee. Frans wist een woonwagen te koop. Nee, geen caravan, die bestonden toen nog niet. Een echte woonwagen die toen nog wel door de dorpen reed met een paard ervoor en een hond ernaast. We gaven ons nieuwe huis de naam ‘ik verkoos de vrijheid’. Mijn moeder vond dat niet zo leuk. Dat begrijp ik wel, maar we voelden dat zo en bedoelden het niet zo kwaad. De wagen hebben we een beetje laten verbouwen en op een trein laten vervoeren naar Nieuwendam.
We mochten daar van de politie niet op een plek staan die zichtbaar was van de openbare weg. Maar dankzij de pastoor vonden we een mooi plaatsje achter de katholieke kerk, waar we ook onze stroom en water vandaan konden krijgen. Zo zie je maar, de oecumene zat er bij ons al vroeg in.
Frans zijn baas had de slechte gewoonte om zijn personeel regelmatig uit te schelden. Frans dacht bij zichzelf, dat zal mij toch niet overkomen. Maar het overkwam hem wel. Daar was hij helemaal niet van gediend. Voor Frans een reden om ontslag te nemen. Het is dan 1953.
Gelukkig tipte niet veel later een vertegenwoordiger Frans over een winkel die te koop stond in Zeist. ‘Daar zijn we toen gaan kijken. Het was een veel mooiere winkel. De mensen waren niet mooier, die waren in Amsterdam veel gezelliger. Omdat er nog mensen in het huis woonden die andere woonruimte moesten vinden, hebben we eerst op verschillende adressen in Zeist op kamers gewoond. Onze derde dochter was toen op komst’.
‘Het was een groot pand met aan de Marktzijde en aan de Emmastraat grote etalages. Het lag, samen met nog een andere winkel aan de kop van de toenmalige Emmastraat en de Voorheuvel. De winkel naast ons was die van juffrouw Teernstra. Later kwam er de drogisterij van de familie Andringa in met een gezin van 11 kinderen. Verder was er de viswinkel van Vossole op dezelfde plaats als nu. En Duetz. Oh ja, er was ook een fotowinkel, een kapper, de schoenenzaak van Van de Burgt, de damesmodezaak van Amerongen en sigarenhandel Regelingh. En later kwam de eerste zelfbedieningswinkel De Kijkgrijp ook aan het Marktplein.
Frans stond zelf in de winkel. We verkochten radio’s, stofzuigers, wasmachines, televisies en allerlei kleinere artikelen. We woonden achter de winkel. Ik had mijn handen vol aan het gezin. We hadden een werkplaats gehuurd een eindje verderop aan de Emmastraat achter het Leger des Heils. Daar werkten 2 monteurs voor de reparaties’.
‘Eigenlijk was het de mooiste tijd. Niet vanwege Zeist, maar vanwege de mensen. Je kwam niet bij elkaar op visite, maar het was een goede sfeer met elkaar. Wij waren één van de eersten die televisies verkochten. De ijsboer weet nog steeds te vertellen, als ik daar in de winkel kom: ‘deze mevrouw haar man zette de televisie in zijn winkel aan als er een voetbalwedstrijd was en dan stonden alle mannen op het Marktplein daar voor de winkel te kijken’. Als er een kind geboren was, dan kreeg je van de melkboer een fles slagroom. En toen Derk, onze jongste zoon geboren was op oudejaarsavond,
hadden mensen uit de buurt een grote kartonnen & ZOON bevestigd naast de neonletters TRIEZENBERG, boven de winkel. Toen Frans naar buiten kwam om 24.00 uur vroegen ze of hij niet iets bijzonders zag en dat hij maar eens naar boven moest kijken. Nou, dat was een hele verrassing. En later zei Van Minnen, die een winkel op de Steynlaan had; doe ik al jaren mijn best om mijn zoon in de winkel te krijgen en Frans heeft dat in één avond voor elkaar’.
Frans was vanuit Amsterdam niet gewend om met korting te werken. Toen iemand in zijn winkel geen korting kreeg en daarop zei dat je bij Radio Boer wel korting kreeg, was Frans gauw klaar. ‘Nou, dan moet u heel gauw daarheen gaan’.
Een ander voorbeeld; Frans en Annie waren gereformeerd en hoorden bij de Bergwegkerk. De vader van Dick van de Kamp kwam op een avond bij Frans om te vertellen dat de kerk een nieuwe geluidsinstallatie nodig had. En dat hij daarop moest inschrijven, want gereformeerden kregen voorrang. Daarop zei Frans: ‘ze moeten me niet nemen omdat ik gereformeerd ben, maar omdat ik een goede geluidsinstallatie lever’. Gelukkig heeft de vader van Dick ervoor gezorgd dat Frans die opdracht toch kreeg.
In 1967 ging de gemeente het centrum renoveren en moest ook de winkel van Triezenberg afgebroken worden.
‘Daarom kregen we tijdelijke woonruimte aangeboden aan de Utrechtseweg. Een prachtig groot pand met een lift en een wasmachine. We hebben daar 5 oude mensen in huis genomen, waar ik (met mijn verpleegstersdiploma) heel goed voor kon zorgen. Ook had Frans een bord in de tuin geplaatst met in mooie letters ‘electricien’ erop. Ja, er moest toch brood op de plank blijven komen. Ondertussen deed Frans een opleiding voor audicien (hoorapparaten) en werd hij uiteindelijk eigenaar van een hoorapparatenwinkel in Amersfoort.
Tot zijn 75e jaar heeft hij, intussen samen met onze dochter, dat werk gedaan. Eigenlijk vond hij dat veel leuker dan zijn vroegere werk in de electrawinkel. Het was dankbaar werk, omdat de mensen blij waren dat ze weer konden horen. Tot 1978 hebben we op de Utrechtseweg gewoond, daarna zijn we naar Nijenheim verhuisd waar Frans in 2002 op zijn 79e is overleden’.
En nu zitten we hier in het appartement van Annie op de Montaubanstraat waar je vanaf het balkon de plek kunt zien van hun vroegere winkel, daar waar nu de bibliotheek staat. Voor Annie is de cirkel rond. ‘Iedere dag kom ik mensen tegen die me nog kennen …’