Door: Asta Diepen Stöpler
Rob Falk: “Koningin Juliana was klant bij ons. Op mijn advies ging ze mantelpakjes en jurken met jasje dragen.”
Maison Kuipers eerste vestiging was op Slotlaan 68, opgericht 17 februari 1916. Familie Falk nam de zaak in 1946 over. In 1959 verhuisde Maison Kuiper naar Slotlaan 40 – 42 in het toen gloednieuwe Arcadegebouw. De crisis van de jaren ’80 betekende het einde van Maison Kuiper. Op 28 februari 1986 ging de zaak dicht.
Rob Falk praat over de nationaal bekende modewinkel Maison Kuiper.
Maison Kuiper was voor de oorlog van de familie Kuiper. Enkele familieleden waren NSB’er geweest en daarom liepen de zaken al tijdens de Tweede Wereldoorlog niet goed. Mijn ouders Max en Gretl Falk vluchtten in 1938 voor het naziregime in Duitsland. Mijn vader was ‘kaufmann’ en mijn moeder hoedenmaakster en coupeuse. In 1946 kochten ze Maison Kuiper, dat toen nog gevestigd was op de hoek Slotlaan – Wilhelminalaan. Het is onbegrijpelijk dat mijn ouders – gevluchte Joden – de naam van de zaak hielden. Het heeft ze gelukkig geen kwaad gedaan, want zij hadden grote successen.
Met een prachtige Rolls Royce haalde chauffeur Geurt klanten op uit het hele land. Mijn vader was in Zwitserland op dit idee gekomen en voor 6.500 gulden kocht hij in Utrecht een oude Rolls. Klanten vonden het geweldig.
Ieder jaar adverteerde mijn moeder met een grote advertentie in onder meer De Telgraaf: ‘Gesloten met Jom Kippoer, de Grote Verzoendag.’ Hiermee maakte ze duidelijk dat zij de oorlog overleefd hadden
In het begin verkochten mijn ouders confectie voor dames. Vanaf de jaren ’50 kwam vanuit Parijs de ‘Boutique Collection’ op voor de welgestelde klasse: kleding geïnspireerd op de Haute Couture van Dior, Chanel, Yves Saint Laurent. Kleding voor chique dames: tricot van Hèrmes of Celine voor de ochtend, vanaf de lunch een namiddagjapon van zijde of chiffon. Galajurken voor het bezoek aan een theatervoorstelling of concert. Hiermee zijn mijn ouders groot geworden. Klanten uit heel het land kwamen er op af, ook veel Bekende Nederlanders. Koningin Juliana was klant bij ons. Op mijn advies ging ze mantelpakjes en jurken met jasje dragen. Prinses Beatrix bezocht een van onze modeshows in Slot Zeist.
Ik kwam in 1972 in de zaak voor het ontwerpen van kleding voor de jongere klanten. Ook organiseerde ik onze modeshows en onderhield ik contacten met de pers. Ik hield wel van een stunt. Een bikini van bont voor de koude Nederlandse zomers, live muziek tijdens modeshows en onze gekleurde mannequins haalden regelmatig de voorpagina’s van landelijke kranten. Lord Snowdon, de echtgenoot van de Engelse prinses Margret maakte op mijn verzoek een fotoreportage van onze collectie in het toenmalige chique maandblad Elegance.
In het Concertgebouw in Amsterdam hielden we grootse modeshows, compleet met live klassieke muziek. Dit was nog niet eerder gedaan in Nederland. Mijn modeshows hadden een hoog tempo, anderhalf uur hooguit. Twee, drie mannequins tegelijk op de catwalk voor een flitsend tempo.
Om de dochters van onze klanten binnen te krijgen, verkochten we goedkopere mode: jurkjes van 450 tot 700 gulden. Hun moeders konden bij ons terecht vanaf 2.000 gulden. Zo bonden we toekomstige generaties aan ons.
Dit artikel is al eerder verschenen in De Nieuwsbode op 11 mei 2016.