Terug naar overzichtTerug naar overzicht
Eerste openbare telefooncellen

Door R.P.M. Rhoen

De geschiedenis van de telefoon begint in 1854 met een plan van Ch. Bourseul (1829-1912). Het woord ‘telefoon’ is afkomstig van J.P. Reiss (1834-1874), die in 1861 de eerste telefoonverbinding tot stand bracht. A.G. Bell (1847-1922) kreeg in 1876 patent op de telefoon. In 1881 opende de ‘Nederlandsche Bell Telephoon Maatschappij’ het eerste openbare telefoonnetwerk in Nederland.

Als men niet op een telefoonnet was aangesloten kon men gebruik maken van spreekcellen op stations en in postkantoren of van particuliere aansluitingen. Het laatstgenoemde was op zich verboden.

Eerste telefooncel in Amsterdam

De gemeente Amsterdam plaatste in 1931 de eerste openbare telefooncel. Die leek op de Engelse telefooncel. Het bekende architectenkantoor Brinkman en Van der Vlugt kreeg in 1931 opdracht een telefooncel voor PTT te ontwerpen. Het eerste exemplaar van dit model werd in 1932 in Utrecht geplaatst. Tot 1984 heeft dit type telefooncel dat zich kenmerkte door grote ruiten en de grijze kleur het straatbeeld beheerst.

Telefooncel op het Jacob van Lennepplein uit 1956
Telefooncel op de hoek Jan Willem Frisolaan en Frederik Hendriklaan
Telefooncellen in Zeist

De directeur van het PTT-kantoor te Zeist stelde op 1 maart 1933 aan burgemeester en wethouders voor om ‘een drietal glazen spreekcellen te plaatsen, van het model, hetwelk te Utrecht wordt aangetroffen’. Een half jaar werd er gecorrespondeerd over de meest geschikte locaties. De gemeenteraad verleende op 28 september de gevraagde vergunning. Bij de keuze van de locaties werd niet alleen naar de belangen van de inwoners gekeken, maar met het oog op de exploitatie ook naar het aantal reizigers.

Alhoewel de telefooncellen al in april in Zeist waren afgeleverd, konden ze nog niet worden geplaatst. PTT maakte namelijk bezwaar tegen de voorwaarde ‘dat de cellen ten genoege van Burgemeester en Wethouders geregeld zullen worden schoongemaakt en in behoorlijken staat onderhouden’. Op 30 november besloot de raad die woorden uit het besluit te schrappen. De eerste telefooncellen kwamen aan de Slotlaan dichtbij de hoek Stationslaan, op het Jacob van Lennepplein en aan de 1e Dorpsstraat naast het raadhuis te staan. Het duurde nog tot 26 maart 1934 voordat ze in gebruik werden genomen.

Telefooncel in Kerckebosch

Op verzoek van de buurtvereniging Kerckebosch werd in 1935 een telefooncel geplaatst op de hoek van de Jan Willem Frisolaan en de Frederik Hendriklaan.

PTT maakte geen gebruik van de in 1935 verleende vergunning voor de plaatsing van een telefooncel op de hoek van de 1e Hogeweg/Emmastraat en aan de Lindenlaan, hoek Platolaan. Ook het plan van PTT uit 1939 om de telefooncel in de buurt van het treinstation te Den Dolder te verplaatsen naar het plantsoen op de hoek van de Dolderseweg en de Hertenlaan ging niet door.

Verdwijnen van telefooncellen

Tussen 1957 en 1965 werd het aantal telefooncellen van vier uitgebreid tot elf. Eind 2000 stonden er 37 stuks. In het kader van de sanering van het telefooncellenbestand werd het aantal in 2003 teruggebracht tot elf.

Vanaf begin jaren zeventig namen steeds meer mensen een vaste telefoonaansluiting, waardoor het gebruik van de cellen afnam. Maar vooral de snelle opkomst van de mobiele telefoon sinds midden jaren negentig is de belangrijkste reden voor het verdwijnen van de telefooncel uit het straatbeeld.