Terug naar overzichtTerug naar overzicht
A.C. Kerkhoff - verzetsstrijder

Albert Cornelis Kerkhoff deed zijn verzetswerk zo stil, dat hij onbekend bleef.

Naam: Albert Cornelis Kerkhoff
Geboortedatum: 30 oktober 1907
Geboorteplaats: ‘s-Gravenhage
Overlijdensdatum: 5 september 1944
Overlijdensplaats: Vught
Beroep: radiotelegrafist

””Wie kan informaties verstrekken?
In verband met het schrijven van enige artikelen over leden van de verzetsorganisaties in Nederland gedurende de jaren 1940-1945 verzoek ik eenieder, die daarover kan inlichten, mij gegevens van activiteiten te vermelden van:
Albert C. Kerkhoff, radiotelegrafist der KLM, gewoond hebbende Julianalaan 70 (toen: Siberiëweg 70) te Zeist. Geboren 30 oktober 1907. A.C. Kerkhoff werd 13 juni 1944 op zijn onderduikadres aan de Arnhemse Bovenweg nr. 1 te Doorn bij de dames Van der Aa (beiden vermoedelijk te Mauthausen omgekomen) gearresteerd en waarschijnlijk op 5 september 1944 met 400 anderen te Vught gefusilleerd. Volgens mij gegevens werd hij gearresteerd ten tijde, dat hij radiotelegrafisch in contact stond met Engeland, ten huize van genoemde dames Van der Aa.
Uw informaties worden gaarne ingewacht door … enz””

Het bovenstaande briefje circuleerde medio 1968 onder meer door de bejaardentehuizen van Doorn en bij particulieren. Nasporingen door het gehele land waren noodzakelijk en maar weinig officiële instanties konden iets over A.C. Kerkhoff vertellen.

Geruisloos en onbekend

Het tekent Kerkhoff tot een van de beste verzetsmensen in zijn soort. Zijn woorden als illegaliteit, geheime dienst en dergelijke niet vrijwel synoniem met geruisloos en onbekend? Behoudens enkele regels in geïllustreerde tijdschriften werd nooit over hem geschreven.

“Ja, mijn man was een stille held, hij deed het niet voor een lintje of om er beter van te worden; hij deed dit puur uit vaderlandsliefde en was zeer oranjegezind”, aldus schreef zijn weduwe.

Wie was Albert Cornelis Kerkhoff?
Hij werd geboren te Den Haag op 30 oktober 1901, en was van beroep radiotelegrafist in dienst van Radio Holland. In die functie voer hij op Nederlandse koopvaardijschepen en maakte onder andere eens deel uit van een poolexpeditie. Enige jaren voor de oorlog werd hij “uitgeleend” aan de KLM. In de oorlogstijd woonde hij in Zeist op de Julianalaan, die toen door de Duitse rage om namen van het koninklijk huis te elimineren, de oorspronkelijke naam Siberiëweg weer had gekregen. De Duitse bespottelijkheid op dit gebied werd zelfs zover doorgevoerd, dat Engelse woorden – Engels zou toch spoedig een dode taal zijn – werden vervangen door Duits-Nederlandse tegenhangers. Zo werd bijvoorbeeld het woord “stop” op de verkeersborden veranderd in “halt”.

Ook in arbeidsdienst

In de meidagen van 1940 deed Kerkhoff zijn plicht als militair op Schiphol en volgde na de capitulatie van het Nederlandse leger ook zijn opname in de Opbouwdienst. Dat was niets bijzonders, want daar kwamen duizenden gedemobiliseerde militairen aanvankelijk terecht. Hem werd echter kwalijk genomen, dat hij na de omvorming van de Opbouwdienst in de nationaal socialistische arbeidsdienst niet als zovelen verder voor de eer bedankt heeft, maar de eerste tijd in de arbeidsdienst heeft meegewerkt.

Toch afgekeurd

Zijn opzet was echter maar heel weinig bekend, namelijk om van daaruit de “Koenraad’s” (genoemd naar de Duitse reclamecampagne over Koenraad, van de Arbeidsdienst, het was zo’n sympathieke jongen …) te bewerken om de Arbeidsdienst te verlaten. Uiteindelijk heeft Kerkhoff zelf ook deze dienst de rug toegekeerd, door zich te laten afkeuren. Dankzij een foefje van een arts wist hij bloed in zijn urine te krijgen, waar de keuringsdienst van de bezetters iets tegen bleek te hebben.

Het verzetswerk

Hoe Kerkhoff in het verzetswerk rolde is maar ten dele bekend. Jan Thijsseen of Lange Jan verscheen op een goede dag aan de Siberiëweg en vroeg Kerkhoff mee te werken om inlichtingen radiografisch door te geven. Of Thijssen Kerkhoff van vroeger heeft gekend – uit de mobilisatietijd? – is niet na te gaan, maar Kerkhoff stemde op enige voorwaarden toe en werd opgenomen in de verbanden van de Raad van Verzet (R.V.V.). Eén van die voorwaarden was, dat Kerkhoff’s vrouw als koerierster kon fungeren. Voorts zou hij medewerking krijgen van nog enige R.V.V.-mensen.

Zonder uitkijk

Op een avond in juni 1944 ging Kerkhoff in strijd met de gewoonte zonder assistent (uitkijk) naar de Arnhemse Bovenweg in Doorn, om zoals gebruikelijk te gaan seinen. Daar heeft – naar men zegt – op het moment dat hij bezig was te seinen, een overval plaatsgevonden door de S.D. Kerkhoff, de hoofdbewoonster en haar dochter, alsmede een onbekend gebleven persoon werden gegrepen. Er wordt verteld dat al een paar dagen van tevoren de zeer waakse honden van de hoofdbewoonster waren vergiftigd, waardoor het onbemerkt naderen van het huis werd vergemakkelijkt.

Hoe men ertoe is gekomen het huis aan de Arnhemse Bovenweg te Doorn te kiezen als uitzendpost is niet duidelijk. Het was voor de Duitse peilauto’s vrij gemakkelijk te lokaliseren, daar er maar weinig huizen in de directe omgeving waren van dit perceel, te weten twee boswachterswoningen, het koetshuis en het formidabele en monsterlijk lelijke La Forêt, dat reeds vanaf 1930 leegstond, maar vaak diende tot inkwartiering van de Duitsers.

S.D. wist meer

Toch schijnt de S.D. – afgezien van het eventueel uitpeilen – meer te hebben geweten, want men is ogenblikkelijk na Kerkhoff’s arrestatie ook naar de Siberiëweg gegaan, alwaar een daar ondergedoken R.V.V.-man en mevrouw Kerkhoff werden gearresteerd. Het gehele huis werd overhoop gehaald, alle papieren die te vinden waren, werden meegenomen en er is nooit meer iets van teruggekomen; trouwboekjes, foto’s, souvenirs aan de poolexpeditie.

Stenguns vergeten

Nog meerdere dagen heeft de S.D. het huis bezet gehouden in de hoop nog meer verzetsmensen te kunnen vangen, zonder enig succes. De huiszoeking had plaatsgevonden met de bekende Duitse “Gründlichkeit”. Het vloeronderzoek liet echter nogal te wensen over. Na een week of zes kwam mevrouw Kerkhoff weer los en trof, eenmaal thuis, het huis in grote wanorde aan. Het enige, dat niet was aangeroerd, waren 200 stenguns, die keurig opgeslagen onder de vloer van de bovengang gereed lagen voor gebruik. Later zijn die wapens door het verzet naar een andere plaats gebracht.

Bij de ondervraging van Kerkhoff door een Duitse Sachbearbeiter heeft Kerkhoff alle schuld op zich genomen. Dit werd later aan mevrouw Kerkhoff medegedeeld. De naam van Albertus Cornelis Kerkhoff staat gebeiteld in de gedenkmuur op de fusilladeplaats van kamp Vught, waar hij op 5 september 1944 met 400 anderen werd gefusilleerd.

Straatnaam

Op 20 oktober 1952 is Albert Cornelis Kerkhoff geëerd met een straatnaam: Albert C. Kerkhofflaan.

Bron

Nieuwe Zeister Courant 18 oktober 1968