Door: Asta Diepen Stöpler
Klaas Klomp: “Bij veel klanten deed ik vervolgopdrachten. Als ze tevreden waren dan mocht ik later de badkamer of keuken renoveren.”
Klaas Klomp begon in 1952 in de bouw. In 1960 werd hij eerste uitvoerder en 6 jaar later was hij eigenaar van een aannemerij. Zijn eenmansbedrijf Klaas Klomp Aannemerij voor metsel- tegel- en stucwerk richtte hij beginjaren ’70 op.
In 2004 stopte Klomp met zijn bedrijf. Het grote gereedschap verkocht hij, maar hamers, zagen, boren, troffels en dergelijke gebruikt hij nog af en toe bij klussen in eigen woning of voor familie.
Klaas Klomp (77) praat over zijn aannemerij voor metsel-, tegel- en stucwerk.
Ik was 14 toen ik voor het eerst naar de bouw ging, met mijn vader die uitvoerder was bij Geytenbeek Aannemerij. Ik was klein van stuk en ik droeg een korte broek. De aannemer vroeg zich af wat zo’n jong kind op de bouwplaats deed. Precies 51 jaar later, op mijn 65ste verjaardag ben ik als aannemer gestopt. Ik heb een mooie tijd gehad, ik zou het zo weer doen.
Op de Ambachtsschool in Zeist leerde ik timmeren en metaalbewerken, maar metselen kon je daar niet leren. Dat leerde ik in de praktijk bij diverse aannemers, onder meer Aannemerij Verbeek aan de Gerolaan en Bouwbedrijf Lamoré op Nooitgedacht.
Op mijn 22ste werd ik eerste uitvoerder van een bouwbedrijf. Toen de zaak een paar jaar later failliet ging, nam ik het over compleet met 10 man personeel. Medewerkers kosten geld, zeker in de open bouw. Als het weer te slecht was, konden mijn mensen niet werken maar zaten ze noodgedwongen in de bouwkeet te kaarten. En dat is duur. Daarom ging ik na verloop van tijd als eenmanszaak verder.
Ik deed metsel-, tegel- en stucwerk in Driebergen, Doorn, Zeist, Amersfoort en Utrecht. Verbouwingen, renovaties, dakkapellen, badkamers en kleine klusjes zoals open haarden. Kleine muren stuukte ik zelf. Met aannemer Paul Vergeer, die ook in Austerlitz woont, werkte ik 30 jaar samen. We hadden ons eigen bedrijf met eigen klanten, maar veel opdrachten voerden we gezamenlijk uit. Voor Hagens Bouwmaterialen plaatsten we regelmatig keukens. We waren van alle markten thuis. Er was in die tijd goed geld te verdienen in de bouw.
Bij veel klanten deed ik vervolgopdrachten. Als ze tevreden waren dan mocht ik later de badkamer of keuken renoveren. Vaak hadden we hun huissleutel, zodat de opdrachtgevers niet thuis hoefden te blijven. In een welgestelde buurt in Driebergen moest ik eens een flinke verbouwing doen in de riante woning van een bankdirecteur. Toen ik er kwam herkende ik het huis. ‘Is de wijnkelder er nog?’, vroeg ik. ‘Jazeker’, antwoordde de verbaasde eigenaar. ‘Als 15-jarige jongen heb ik hier samen met mijn vader gewerkt en pa was onder de indruk van de grote kelder en de flinke voorraad wijn.’ Deze opdracht leidde tot meer werk in dezelfde straat. Mond-tot-mondreclame werkt(e) heel goed.
Voor een blind echtpaar in Austerlitz moest ik een offerte uitbrengen voor een verbouwing. Maar hoe? Ik vond het belangrijk dat zij zelf konden zien hoe de prijsopbouw in elkaar stak. Bartimeús hielp me mijn offerte in braille om te zetten, zodat de klanten het zelf konden lezen. Ze waren blij verrast.
Dit artikel is al eerder verschenen in De Nieuwsbode 4 mei 2016.