Terug naar overzichtTerug naar overzicht
Angst en wanhoop

Door: Gerrit van der Vorst en Heleen van ’t Vuur

1944, vrijdag 21 januari, razzia (tijdens de bezetting Wallenburg 3, Austerlitz).

In memoriam

  1. Gerd Moses Löwenthal, handelaar in baby-artikelen (Barmen-Elberfeld, 17 januari 1912 – Midden-Europa, 30 juni 1944), bereikte de leeftijd van 32 jaar.
  2. Echtgenote Diena Löwenthal-Hoek (Enschede, 20 april 1912 – Auschwitz, 11 februari 1944), bereikte de leeftijd van 31 jaar.
  3. Zoon Eric Louis Löwenthal (Enschede, 27 augustus 1940 – Auschwitz, 11 februari 1944), bereikte de leeftijd van 3 jaar.
  4. Zoon Ralph Löwenthal (Enschede, 3 juli 1942 – Auschwitz, 11 februari 1944), bereikte de leeftijd van 1 jaar.
Landgoed Wallenburg

Landgoed Wallenburg is een landgoed in Boswachterij Austerlitz. Het landgoed is genoemd naar de hofstede Wallenburg. Er staan op het landgoed drie huisjes met de nummers 1, 2 en 3, die midden in het bos liggen. Vermoedelijk is een van deze huisjes het onderduikadres geweest van het joodse gezin Löwenthal-Hoek, bestaande uit het echtpaar Gerd en Diena Löwenthal-Hoek en twee hun zoontjes van drie en een jaar.

Invallen

Op 21 januari 1944 worden op vijf adressen in Zeist invallen gedaan en joodse onderduikers gearresteerd. De eerste inval is gedaan door de medewerkers Verbaan en Westerdijk van de Sicherheitspolizei in Den Haag, met ondersteuning van de Zeister gemeentepolitie, op Joost van de Vondellaan 1. De twee gearresteerde vrouwen en een kind zijn om 14.30 uur binnengebracht. De tweede inval heeft ongeveer tegelijkertijd plaatsgevonden op Wallenburg in Austerlitz. Uit het feit dat er geen onderduikgever wordt gearresteerd, kan opgemaakt worden dat het om de leegstaande woning Wallenburg 3 gaat.

Uit de politierapporten

Uit het politiedagrapport van die vrijdag

15 uur brengen H. Westerdijk en H. Verbaan wachtmeester van Politie in dienst bij de Sipo te den Haag aan het bureau de joden:

  • GERD LÖWENTHAL, geb. 17-1-1912
  • DIENA LÖWENTHAL-HOEK, geb. 20-4-1912 te Enschede
  • ERIC LOUIS LÖWENTHAL, geb. 27-8-1940
  • RALPH, geb. 3-7-1942

In passantkamer geplaatst. O.d.W.

Om half vier brengen drie Zeister politiemannen het gezin en drie andere gearresteerde joodse onderduikers – waaronder drie kleine kinderen – naar Villa Windekind op Nieuwe Parklaan 76, waar het Judenreferat IV B 4 van de Sicherheitspolizei gevestigd is. .

Handelaar in baby-artikelen Gerd Löwenthal zal medio 1944 ergens in Midden-Europa omkomen. Zijn echtgenote en twee zoontjes van een en drie jaar worden op 11 februari 1944 al vermoord in Auschwitz.

Precies op die dag vindt er huiszoeking plaats op Wallenburg, omdat goederen van het gezin Löwenthal-Hoek zijn weggehaald uit de verzegelde onderduikkamer en verkocht.

Uit het nachtrapport van vrijdag 11 op zaterdag 12 februari 1944:

0.30 uur

Komen aan het bureau de rechercheurs Van Kleef en van Tricht van de politie Utrecht en delen mede, dat zij bij een zekeren Smit, wonende Austerlitz huiszoeking moeten doen in verband met diefstal van ondergoed. Bij nader onderzoek bleek dat bedoelde Smit woonde op Wallenburg. xxx (red. geanonimiseerd) is met rechercheurs mede gegaan.

4.30 uur

Keert ondergetekende terug van zijn assistentie aan de Utrechtse recherche. Uit dit onderzoek is gebleken, dat Smit voornoemd vermoedelijk lijfgoederen, van de onlangs daar weggehaalde joden, door middel van inklimming in de verzegelde kamer, heeft weggenomen en verkocht. Door de Utrechtsche recherche is het zegel van de binnendeur verbroken, waarvan zij de betreffende instantie in Den Haag zullen kennis geven. Smit voornoemd is door hen overgebracht naar Utrecht. Tevens zijn door hen enige monsters ter vergelijking medegenomen.

De arrestatie-actie van 21 januari 1944 wordt voortgezet met een inval op Woudenbergseweg 25.